Vul hier het salaris in waarmee gerekend dient te worden.
Vul hier het bruto salaris in als u het bijbehorende netto salaris wilt berekenen. In het veld Bruto of netto berekening hierboven kiest u hiervoor de waarde Bruto.
Vul hier het netto salaris in als u het bijbehorende bruto salaris wilt berekenen. In het veld Bruto of netto berekening hierboven kiest u hiervoor de waarde Netto.
Geef hier het 100% salaris op (ook als u parttime werkt). In het veld Parttime percentage kunt u het van toepassing zijnde parttime percentage opgeven.
Wijzig dit veld alleen als:
- er sprake is van een parttime dienstverband en
- u bij Salaris het fulltime salaris voor hebt ingevuld.
De waarde voor een fulltime-dienstverband is 100%. Bijvoorbeeld: Als u hier het 60% invult dan rekent ADP verder met 60% van het fulltime salaris dat u hebt ingevuld.
Geef aan of het salaris dat u wilt berekenen afkomstig is uit arbeid of uit een uitkering. Dit is van invloed op de loonbelastingtabel die ADP hanteert: de witte tabel of de groene tabel.
Met 'Uitkering' wordt loon uit vroegere arbeid bedoeld en de daarmee gelijkgestelde uitkeringen, zoals een pensioen, WW-uitkering en WAO/WIA-uitkering.
Met ingang van 1 januari 2019 komen er meer loonbelastingtabellen.
Dat is het gevolg van het onderscheid tussen inwoners en niet-inwoners van Nederland voor de heffingskortingen en van aanpassingen in belastingverdragen.
Onderscheid inwoners en niet-inwoners van Nederland In de loonbelastingtabellen wordt vanaf 2019 onderscheid gemaakt tussen 3 groepen werknemers:
1) werknemers die inwoner zijn van Nederland
2) werknemers die inwoner zijn van een andere lidstaat van de EU, van een EER-land (IJsland, Noorwegen en Liechtenstein), Zwitserland of de BES-eilanden (Bonaire, Sint Eustatius en Saba)
3) werknemers die inwoner zijn van een ander land, dat wil zeggen van een land dat niet valt onder 1 of 2
Geef aan of er een speciale situatie van toepassing is voor de loonheffing. Bij een gewone dienstbetrekking of uitkering hoeft u dit veld niet te wijzigen.
Als u kiest voor een speciale situatie die eindigt op 'groen', zal ADP de groene belastingtabel toepassen, ongeacht wat u bij Inkomsten uit hebt ingevuld. Voor die situaties zijn er namelijk alleen groene tabellen.
Standaard kiest u hier voor Nee.
Kies alleen voor Ja als deze salarisperiode een onvolledig gewerkte periode is, bijvoorbeeld door in- of
uitdiensttreding halverwege de maand. Voor fulltimers is dan namelijk de dagtabel verplicht.
Het aantal betaalde dagen heeft alleen invloed op de berekening als u in het veld Dagtabel toepassen voor Ja hebt gekozen of als u op het tabblad SV een Sociaal fonds-berekening hebt geactiveerd.
In de overige gevallen hoeft u deze waarde niet aan te passen. De waarde mag nooit 0 zijn. Het aantal betaalde dagen verschijnt rechtsonder op de loonstrook.
Standaard kiest u hier voor Ja.
Nee kiest u in het geval dat er geen recht bestaat op heffingskorting. Bijvoorbeeld als u nog een andere dienstbetrekking (of uitkering) heeft en de heffingskorting al bij die andere dienstbetrekking is toegepast.
Dit veld is alleen van toepassing als u op het tabblad Vergoedingen het veld Vakantiegeld of Bijzondere beloningen gaat invullen.
Standaard wordt deze bepaald op basis van het jaarsalaris van een dienstverband. Het jaarsalaris wordt bepaald op basis van het Salaris op het tabblad Basis. Hierbij wordt ook rekening gehouden met vakantiegeld en een 13e maand/winstuitkering.
Als het Salaris niet ingevuld is, wordt hier een standaardpercentage gehanteerd.
Indien gewenst, kunt u hier een afwijkend Percentage bijzondere beloningen ingeven.
De 30%-regeling geldt, onder bepaalde voorwaarden, voor werknemers die uit een ander land zijn geworven of vanuit een ander land naar Nederland zijn uitgezonden. Het is een bijzondere kostenvergoedingsregeling om extraterritoriale kosten te dekken.
Geef hier op of u gebruik wilt maken van aftopping voor het overgangsrecht bij de 30% regeling.
Geef aan of en welke bijtelling van toepassing is. Vul in geval van bijtelling in het volgende veld ook de cataloguswaarde van de auto in.
Als u minder dan 500 km privé rijdt, kiest u voor 'Geen auto van de zaak'.
De bijtelling geldt voor werknemers met een auto van de zaak die meer dan 500 km privé rijden. De waarde van de auto wordt dan gedeeltelijk als 'loon in natura' beschouwd.
Voor het berekenen van de juiste bijtelling kunt u een keuze maken uit een van de volgende situaties:
Geen auto van de zaak
Geen auto van de zaak of minder dan 500 km privé gebruik.
Bijtelling overige auto's (25%)
Voor auto's die niet in 1 van de andere categorien vallen. Hiervoor geldt een bijtelling van 25%.
Bijtelling zeer zuinige auto's (14%)
Voor auto's die in de categorie 'zeer zuinige auto's' vallen. Hiervoor geldt een bijtelling van 14%.
Bijtelling zuinige auto's (20%)
Voor auto's die in de categorie 'zuinige auto's' vallen. Hiervoor geldt een bijtelling van 20%.
Bijtelling electrische auto's zonder CO2-uitstoot, datum ingang tot 2015 (19/25%)
Voor electrische auto's zonder CO2-uitstoot die voor 01-01-2015 op naam gesteld zijn. Voor de waarde van de auto tot en met € 30.000 geldt een bijtelling van 19%, voor de waarde daarboven geldt een bijtelling van 25%.
Bijtelling auto's ouder dan 15 jaar (35%)
Voor auto's ouder dan 15 jaar. Hiervoor geldt een bijtelling van 35%.
Bijtelling auto's met CO2-uitstoot minder dan 51 CO2 (7%)
Voor auto's met een CO2-uitstoot van minder dan 51 CO2. Hiervoor geldt een bijtelling van 7%.
Bijtelling electrische auto's zonder CO2-uitstoot, vanaf 2015(19/25%), 2017(16/22%), 2018(4/16/22%), 2019(4/22%), 2020(8/22%), 2021(12/22%) of 2022(16/22%)
Voor electrische auto's zonder CO2-uitstoot die vanaf 2015, 2016, 2017, 2018, 2019, 2020, 2021, 2022, 2023 of 2024 op naam gesteld zijn.
Voor tenaamstelling vanaf 2015 geldt voor een waarde tot en met € 30.000,00 een bijtelling van 19% en daarboven 25%.
Voor tenaamstelling in 2017 geldt voor een waarde tot en met € 30.000,00 een bijtelling van 16% en daarboven 25%.
Voor tenaamstelling in 2018 waarvan de 60 maanden termijn nog niet verstreken is, geldt een bijtelling van 4%.
Voor tenaamstelling in 2018 waarvan de 60 maanden termijn wel verstreken is, geldt voor een waarde tot en met € 30.000,00 een bijtelling van 16% en daarboven 22%.
Voor tenaamstelling in 2019 geldt voor een waarde tot en met € 50.000,00 een bijtelling van 4% en daarboven 22%.
Voor tenaamstelling in 2020 geldt voor een waarde tot en met € 45.000,00 een bijtelling van 8% en daarboven 22%.
Voor tenaamstelling in 2021 geldt voor een waarde tot en met € 40.000,00 een bijtelling van 12% en daarboven 22%.
Voor tenaamstelling in 2022 geldt voor een waarde tot en met € 35.000,00 een bijtelling van 16% en daarboven 22%.
Voor tenaamstelling in 2023 / 2024 geldt voor een waarde tot en met € 30.000,00 een bijtelling van 16% en daarboven 22%.
Bijtelling auto's met CO2-uitstoot 1-50 vanaf 2016 (25%) of 2017 (22%)
Voor auto's met een CO2-uitstoot van minder dan 51 CO2 die in 2016 of vanaf 2017 op naam gesteld zijn.
Voor tenaamstelling in 2016 geldt een bijtelling van 25%.
Voor tenaamstelling vanaf 2017 geldt een bijtelling van 22%.
Bijtelling auto's met CO2-uitstoot 51-106 vanaf 2016 (25%) of 2017 (22%)
Voor auto's met een CO2-uitstoot tussen 50 en 107 CO2 die in 2016 of vanaf 2017 op naam gesteld zijn.
Voor tenaamstelling in 2016 geldt een bijtelling van 25%.
Voor tenaamstelling vanaf 2017 geldt een bijtelling van 22%.
Bijtelling auto's niet volledig elektrisch op naam vanaf 2017 (22%)
Voor auto's die niet volledig elektrisch zijn en vanaf 2017 op naam gesteld zijn. Hiervoor geldt een bijtelling van 22%.
Bijtelling auto's op waterstof op naam vanaf 2019 (4%), 2020 (8%), 2021 (12%) of 2022 (16%)
Voor auto's op waterstof die vanaf 2019, 2020, 2021 of 2022 op naam gesteld zijn.
Voor tenaamstelling in 2019 geldt een bijtelling van 4%.
Voor tenaamstelling in 2020 geldt een bijtelling van 8%.
Voor tenaamstelling in 2021 geldt een bijtelling van 12%.
Voor tenaamstelling vanaf 2022 geldt een bijtelling van 16%.
Bijtelling zonnencelauto's (zonder CO2-uitstoot) op naam vanaf 2021 (12%) of 2022 (16%)
Voor zonnencelauto's zonder CO2-uitstoot die vanaf 2021 of 2022 op naam gesteld zijn.
Voor tenaamstelling in 2021 geldt een bijtelling van 12%.
Voor tenaamstelling vanaf 2022 geldt een bijtelling van 16%.
Geef hier het bedrag op dat u zelf bijdraagt in verband met privégebruik van uw auto. Dit bedrag wordt in mindering gebracht op de fiscale bijtelling van uw auto.
Geef aan of en welke bijtelling van toepassing is. U kunt hierbij een keuze maken uit een van de volgende situaties:
Geen fiets van de zaak
Geen fiets van de zaak van toepassing.
Fiets met fiscale bijtelling
Wel een fiets van de zaak met berekening van een fiscale bijtelling.
Fiets geen fiscale bijtelling
Wel een fiets van de zaak. Geen berekening van een fiscale bijtelling maar wel berekening van een bedrag als eindheffing ten behoeve van de vrije ruimte (binnen de werkkostenregeling).
Geef hier de datum van ingang op voor de fiets van de zaak.
Geef hier de cataloguswaarde van de fiets op. Op basis van deze waarde wordt de fiscale bijtelling voor de fiets van de zaak berekend.
Geef hier het bedrag op dat zelf wordt bijgedragen in verband met privégebruik van uw fiets.
Dit bedrag wordt in mindering gebracht op de fiscale bijtelling van uw fiets.
Geef aan of de ZVW voor u geldt en welk tarief van toepassing is. Dit veld activeert (indien van toepassing) de berekening van de inkomensafhankelijke ZVW-premie. De standaardwaarde is K (Ja, normaal tarief werkgeversheffing).
Het reguliere tarief (K) geldt voor:
- loon uit dienstbetrekking
- uitkeringen zoals WW, WAO en bijstand
De waarde K leidt tot een werkgeversheffing ZVW. Op de loonstrook is de ZVW-premie niet meer zichtbaar. De ingehouden bijdrage (M) geldt o.a. voor een AOW-uitkering, pensioen- en lijfrente. In dat geval is de ZVW-premie wel zichtbaar op de loonstrook.
Dit zijn de wettelijke standaardwaarden die op dit moment gelden – u kunt deze niet wijzigen.
Dit zijn de wettelijke standaardwaarden die op dit moment gelden – u kunt deze niet wijzigen.
Geef hier aan welke premie werkloosheidswet van toepassing is.
De lage premie mag toegepast worden wanneer er sprake is van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd, er sprake is van een schriftelijke arbeidsovereenkomst en er geen oproepovereenkomst van toepassing is. Ook wanneer er sprake is van een leerovereenkomst op grond van de BBL mag de lage premie toegepast worden.
In alle andere situaties moet de hoge premie toegepast worden.
Dit is het wettelijke percentage WW behorende bij uw keuze voor de hoge of lage premie WW – u kunt deze niet wijzigen.
In de meeste gevallen is er verzekeringsplicht voor de WIA/WAO en kiest u dus voor Aan. Dit geldt voor alle gewone dienstverbanden.
Voor sommige groepen kiest u voor Uit, zoals:
- 65-plussers
- DGA's van een NV of BV
- Werknemers die alleen belastingplichtig zijn (sommige herleidingsregels)
Stagiairs zijn niet altijd verzekerd voor de WIA/WAO. Raadpleeg voor de exacte regels voor deze en andere werknemers het handboek Loonheffing van de Belastingdienst.
Als uw werkgever is ingedeeld in de groep kleine werkgevers dan kiest u hier voor Aof laag voor kleine werkgevers. Het bijbehorende premie percentage Aof laag is 5,49 %.
Als uw werkgever is ingedeeld in de groep (middel)grote werkgevers dan kiest u hier voor Aof hoog voor (middel)grote werkgevers. Het bijbehorende premie percentage Aof hoog is 7,05 %.
Het premie percentage Opslag Wko is in beide situaties gelijk aan 0,5 %.
Geef hier het percentage afdracht ZW eigen risico drager op. Dit afdrachtspercentage is bedoeld voor werkgevers die een verzekering afgesloten hebben om het eigen risico voor de ZW af te dekken.
Geef hier het percentage afdracht WGA eigen risico drager op. Dit afdrachtspercentage is bedoeld voor werkgevers die een verzekering afgesloten hebben om het eigen risico voor de WGA af te dekken.
Geef hier het percentage inhouding WGA eigen risico drager op. Dit inhoudingspercentage is bedoeld voor werknemers van werkgevers die een verzekering afgesloten hebben om het eigen risico voor de WGA af te dekken.
In enkele branches (o.a. Grafische sector, Horeca) gelden naast de normale wettelijke inhouding van ZVW en WW, extra inhoudingen voor bijvoorbeeld een Sociaal Fonds of scholingsfonds.
Als dit op uw situatie van toepassing is, kiest u voor JA en vult u in de bijbehorende velden rechts de specificaties in die voor uw branche gelden.
Als voor uw branche extra afdrachten voor de werkgever gelden, bijvoorbeeld voor een Sociaal Fonds, kunt u ze hier specificeren.
Als voor uw branche extra inhoudingen voor de werknemer gelden, bijvoorbeeld voor een Sociaal Fonds, kunt u ze hier specificeren..
Als voor uw een Sociaal Fonds van toepassing is waarbij rekening gehouden moet worden met een maximum dagloon dan kunt u dat hier specificeren.
Loon in natura is loon dat niet in geld is uitbetaald, zoals privé voordeel dat u hebt van een dienstwoning. Vul de economische waarde van de verstrekking in.
Loon in natura is voordeel uit dienstbetrekking en daarom in principe belast. U ontvangt geen bedrag, maar u moet wel belastingen en premies betalen over de economische waarde. In Salarisland heet dit een fiscale bijtelling.
Maar er zijn ook uitzonderingen. Verstrekkingen die bedoeld zijn om beroepskosten te voorkomen (zoals bedrijfskleding), behoren in principe niet tot het loon en zijn dus onbelast. Deze vrije verstrekkingen vult u dus niet in.
Alleen invullen als u het vakantiegeld ontvangt in de maand waarvoor u deze berekening maakt. U moet het bedrag invullen, niet het percentage!
Het bedrag aan vakantiegeld is bij de meeste werknemers 8% van het bruto jaarsalaris. Meestal wordt het in mei of juni samen met het reguliere salaris uitbetaald.
Voor vakantiegeld geldt de loonbelastingtabel voor bijzondere beloningen. Dat percentage vult u in op het tabblad Fiscaal. Zie ook de helptekst bij dat veld.
Alleen invullen als u de bijzondere beloningen ontvangt in de maand waarvooru deze berekening maakt.
Voorbeelden van bijzondere beloningen zijn overwerkloon en gratificatie.
Voor deze beloningen geldt de loonbelastingtabel voor bijzondere beloningen. Dat percentage vult u in op het tabblad Fiscaal. Zie ook de helptekst bij dat veld.
Bijvoorbeeld: onbelaste reiskosten, koffiegeld, representatiekosten, telefoonvergoeding, kleedgeld, literatuur, autovergoeding, studievergoeding.
Dit zijn Vergoedingen (in geld) die dienen als compensatie van kosten en lasten die gemaakt zijn om de betrekking behoorlijk te vervullen. Sommige Vergoedingen zijn gedeeltelijk onbelast. Dan vult u hier alleen het onbelaste deel in.
Gebruik voor de 30%-regeling niet dit veld, maar het veld 30%-regeling op het tabblad Fiscaal.
Voorbeelden van Belaste vergoedingen Tabel zijn: belaste reiskosten, vergoeding voor verzekeringen, vergoedingen van boetes, ziekengeld, onregelmatigheidstoeslag, ploegentoeslag, vergoeding zorgverlof, extra bijdrage werkgever voor ZVW-premie (bovenop de verplichte vergoeding).
Dit zijn Vergoedingen die als voordeel uit dienstbetrekking worden beschouwd. Ze zijn daarom zowel belast voor de loonheffing als voor de werknemersverzekeringen.
Bij opgave van pensioen vervangt u een eventueel berekende waarde door ADP.
Kies voor Aanvullend pensioen indien u een extra bedrag pensioen wilt opgeven.
Vul het bedrag in dat de werkgever inhoudt voor een aanvullende pensioen-premie, zoals bijvoorbeeld een Excedent pensioen.
Bijvoorbeeld: inhoudingen voor personeelsvereniging, bedrijfswoning, koffiegeld, loonbeslag, voorschot, eigen bijdrage telefoon, inhouding van boete, enzovoorts. Als uw werkgever een deel van de WGA-premie op u verhaalt, is dat bedrag ook een netto inhouding.
Netto inhoudingen zijn inhoudingen die van het netto salaris afgaan en dus buiten de loonheffing staan.
Bruto inhoudingen Tabel zijn inhoudingen die van het bruto salaris afgaan, zoals: inhouding voor (aanvullende) arbeidsongeschiktheidsverzekering en ANW-hiaat.
(Inhouding pensioen, VUT en levensloop zijn ook bruto inhoudingen, maar die vult u in andere velden in.)
Bruto inhoudingen Bijzondere Beloningen zijn inhoudingen die afgaan van de Bruto vergoedingen die belast worden tegen de tabel voor de Bijzondere Beloningen. Voorbeelden van dergelijke vergoedingen zijn:
Vakantiegeld, Overwerk of Winstuitkering.
Voorbeelden van Bruto inhoudingen Bijzondere Beloningen zijn:
Inhouding extra pensioen of Inhouding extra arbeidsongeschiktheidsverzekering.